Calciumarm voeren bij blaasproblemen? Liever niet!

In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, is het niet verstandig om konijnen met blaaszand of urinewegproblemen calciumarm te voeren. Het idee dat een lage calciumopname automatisch blaasproblemen voorkomt is een hardnekkige misvatting. Veel eigenaren verlagen op advies het calciumgehalte in het dieet, maar dat kan juist averechts werken.

Konijnen hebben calcium nodig voor essentiële lichaamsfuncties, zoals:

  • een gezond skelet,
  • een goed werkend hart,
  • een optimale zenuwgeleiding,
  • het onderhoud van tanden en kiezen.

Wanneer er via de voeding te weinig calcium wordt aangeboden, haalt het lichaam calcium uit de botten en tanden om het calciumgehalte in het bloed op peil te houden. Dit kan leiden tot:

  • Botontkalking (osteoporose)
  • Verzwakking of vervorming van het skelet
  • Tandproblemen, zoals scheefstand of wortelproblemen
  • Spierzwakte of hartritmestoornissen bij ernstig tekort

Bovendien: als een konijn minder calcium binnenkrijgt, gaat het lichaam het beschikbare calcium efficiënter opnemen in de darm. Daardoor komt er alsnog een relatief hoog percentage calcium in de urine terecht. Dit maakt het risico op blaaszand of -stenen niet automatisch kleiner.

Wat wél belangrijk is bij blaasproblemen:

  • Voldoende vochtinname via water en vochtrijke groenten om de urine te verdunnen
  • Beperking van oxaalzuurrijke groenten, omdat oxaalzuur zich aan calcium kan binden en kristallen kan vormen
  • Voldoende beweging, zodat de blaas beter geleegd wordt
  • Een goede calcium-fosforbalans in het dieet
  • Hoge urineproductie door het voeren van vers groenvoer en onbeperkt schoon drinkwater

Kortom: een goed uitgebalanceerd dieet met de juiste hoeveelheid calcium en aandacht voor andere risicofactoren is veel effectiever dan simpelweg calcium beperken.

Oxaalzuur – een belangrijk aandachtspunt

Zoals hierboven aangegeven, is het vooral belangrijk om voeding met een hoog oxaalzuurgehalte te beperken. Oxaalzuur bindt zich namelijk aan calcium in de urine, wat kan leiden tot de vorming van calciumoxalaatkristallen. Deze kristallen kunnen zorgen voor blaasgruis of blaasstenen.

Wanneer is het oxaalzuurgehalte “te hoog”?

Hoewel er geen officiële grenswaarde bestaat die specifiek is vastgesteld voor konijnen, kun je op basis van veterinaire literatuur en adviezen van gespecialiseerde Duitse en Amerikaanse bronnen de volgende richtlijn aanhouden:

Oxaalzuur per 100 gram Beoordeling Advies bij gevoelige konijnen
0–25 mg Laag Veilig, ook voor gevoelige dieren
25–50 mg Matig Beperkt geven; niet dagelijks
>50 mg Hoog Beter vermijden bij blaasproblemen

Let op: groenten met een hoog oxaalzuurgehalte hoeven niet volledig uitgesloten te worden bij konijnen met aanleg voor blaasproblemen. Maar geef ze slechts spaarzaam, bijvoorbeeld een kleine hoeveelheid maximaal eens per week en nooit in combinatie met andere oxaalzuurrijke voeding.

Hieronder vind je lijsten met groenvoer waarin ook de oxaalzuurwaardes staan opgenomen. Groen valt onder laag, oranje onder matig en rood onder een hoog gehalte oxaalzuur.

Groentenoverzicht(pdf)

keukenkruidenoverzicht oxaalzuur (pfd)

Wilde planten oxaalzuur (pdf)